`Zonder lange adem zijn al je inspanningen voor niets’ – Krantenartikel over Henri Remmers

`Zonder lange adem zijn al je inspanningen voor niets’ – Krantenartikel over Henri Remmers

Na zeven jaar krijgt ondernemer Henri Remmers eindelijk een tweede vestiging van zijn geesteskind Corpus, in China.

Louis Hoeks, Oegstgeest

Glimmend van trots ontvangt Henri Remmers zijn bezoek op de bovenste verdieping van Corpus, de door hem bedachte ‘educatieve attractie’ over het menselijk lichaam. Metershoge ramen bieden een weids uitzicht. Helemaal rechts de verkeertorens van Schiphol, waar de 69-jarige ondernemer zowat wekelijks het vliegtuig pakt. Uiterst links de skyline van Den Haag. Daartussen de duinen van Noordwijk en de villa’s van Wassenaar, waar Henri Remmers woont.

Vorig jaar maakten 237.000 bezoekers de spectaculaire tocht door de 35 meter hoge, zittende reus. Die verrees in 2008 aan de A44 bij Oegstgeest, op grond van de Universiteit Leiden. `Dit is ons penthouse. Hier ontvangen we onze zakelijke gasten. Ik vertel er Chinezen dat de zee meters hoger ligt dan het land. Daar snappen ze niets van’, grinnikt Henri Remmers. Regelmatig komen er buitenlandse delegaties langs, deze maand een groep uit Singapore.

Henri Remmers wil zijn geesteskind al heel lang over de grens verkopen. Bijna twintig jaar nadat hij het idee had opgedaan in de VS en zeven jaar na de opening in Oegstgeest komt er een tweede Corpus, in China. Remmers: ‘Het is één ding om een Corpus te bedenken, maar het is de kunst om het ook te realiseren en niet op te geven. Zonder lange adem zijn al je inspanningen voor niets geweest.’

Nuchter

Eind vorige maand, op 28 april, tekende hij het contract met de China Development Bank. De komende jaren telt de Volksrepubliek mogelijk tien Corpus-vestigingen, een deal die op kan lopen tot € 25o mln. Uiterlijk 1 november 2017 moet de eerste haar deuren openen, bij het Qinlongmeer, onder de rook van Peking. Daar wordt een nieuwe stad uit de grond gestampt, compleet met een centrum dat onderzoek gaat doen naar veilig en gezond voedsel. Corpus past er uitstekend, meent Remmers. `Gezond leven, verantwoord eten en veel bewegen zijn onze kernwaarden. Dat doe je sneller als je het menselijk lichaam beter leert kennen.’

Remmers probeert nuchter te blijven onder de grootse vooruitzichten. ‘Ik ben in zeven jaar voorzichtiger geworden in mijn enthousiasme. Ik denk heel Nederlands: ik wil het echt op mijn bankrekening zien.’ Remmers toont op zijn iPhone foto’s van de slotonderhandelingen. Aan weerszijden van een lange tafel zitten beide afvaardigingen, terwijl in de hoek op een groot scherm het contract wordt geprojecteerd. De gesprekken duurden drie slopende dagen, van half zeven in de ochtend tot negen uur ’s avonds. Talloze bezoeken van de Chinezen aan Oegstgeest gingen daar aan vooraf. `Ik ben een jaar geleden geïntroduceerd aan de ceo van de bank. Ze moeten je kennen en vertrouwen.’ Na twee dagen beleefde Remmers een doorwaakte nacht. `Ik vroeg me af of ik niet te scherp had onderhandeld, of ik de directeur niet had beledigd. De volgende dag bleek dat we beiden precies op het juiste punt waren gestopt en hebben we getekend.’ Hij lacht zelf hard om zijn cruijffiaanse levenswijsheid: ‘Als je veel luistert, hoor je ook veel.` Een goede luisteraar is ook gevoelig voor cultuurverschillen, denkt Remmers. `We dachten dat de tweede Corpus in de VS zou komen. Maar Amerikanen zijn veel moeilijker dan Chinezen. Die roepen onmiddellijk: “Hey man, you made it!” En daarna wordt het stil en moet je aan de slag.’ Niettemin rekent Remmers, die vorige week nog in Houston was, op minstens drie Amerikaanse vestigingen.

Indonesië

Henri Remmers groeide op in Buitenzorg (het huidige Bogor), waar zijn Zwitserse opa een theeplantage bezat en zijn vader als ingenieur werkte. Toen Remmers zes was, verliet de familie de jonge republiek Indonesië. ‘Ik was een ondernemend jongetje dat door de rijstvelden dwaalde en wilde weten hoe alles in elkaar zat. Ik houd ervan om dingen te verzinnen en creëren. Ik kan nog altijd goed visueel denken. Maar ik heb twee linkerhanden, ik kan nog geen schilderij ophangen.’

Remmers was aanvankelijk journalist en ontwikkelde zich bij uitgeverij VNU bladen als Nieuwe Revu en Story. Daarna lonkte de tv. Voor Veronica interviewde hij beroemdheden in zijn eigen programma `Remmers Ontmoet’. ‘Tot die tijd zag je tv-verslaggevers nooit in beeld. Ik ging fietsen met Dries van Agt of bezocht de sportschool met Lee Towers.’ Het bleek een opstap naar het ondernemerschap.

Met zijn bedrijf Reco Productions ontwikkelde Remmers in 1992 het Nederlandse paviljoen voor de Wereldtentoonstelling in Sevilla. Diverse media betichtten hem toen van het claimen van te veel meerwerk. Henri Remmers slaakt een diepe zucht als het verhaal weer ter sprake komt. ‘Die kritiek kwam voort uit jaloezie. We hebben drie prijzen gekregen en uit-eindelijk bleek er niets aan de hand. We hebben zelfs via de Rekenkamer openbaar gemaakt wat wij hebben verdiend.’ In Sevilla kreeg Remmers de smaak te pakken van het ‘belevingstheater’, zoals hij het zelf noemt. Het gebouw van de tentoonstelling gebruikte hij opnieuw om het ontstaan van de wereld te laten zien in het archeologisch museum Archeon.

In 1995 opende hij in Amsterdam de Holland Experience, een later door hem doorverkocht filmtheater met een bewegende theatervloer en allerlei geur- en geluidseffecten. Met Corpus tilde hij het naar een hoger niveau. Daar worden de bezoekers in 55 minuten van de knie naar de hersenen geleid, zeven verdiepingen hoger. Onderweg veranderen ze in spermatozoïden die door de eileider schieten of worden ze ineens omringd door manshoge tanden. Inmiddels ligt de dagelijkse leiding van Corpus in handen van zijn zoon Philippe. Dochter Anouck, die een tijd met haar gezin in Australië woonde, deed de marketing en keert wellicht terug. Remmers zelf reist de wereld rond om het concept te verkopen en nieuwe snufjes te zoeken die hij in Corpus kan toepassen. Na het gesprek geeft hij een rondleiding door zijn eigen museum, waar hij voortdurend bezoekers aanspreekt. ‘Je moet veel groenten eten’, adviseert hij een jongetje, tot tevredenheid van zijn moeder. ‘Was het boeiend?’, vraagt hij aan twee dertigers. Die reageren enthousiast. ‘Ik ben als een artiest’, zegt Remmers. ‘Ik geniet van het applaus. Als ik zie dat andere mensen het leuk vinden, heb ik het allemaal niet voor niets gedaan. Ik denk weleens, als ik hier langs rijd: hoe heb ik het gedurfd?’

 

pagina 10, 18-05-2015 © Het Financieele Dagblad

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *